NPO SUBSIDIE

Menukaart NPO interventies

De interventies in de menukaart zijn ingedeeld in een aantal doelgebieden, waarvan de volgende doelgebieden geschikt zijn voor het schoolplein:

(C) Sociaal-emotionele en fysieke ontwikkeling van leerlingen

Interventies gericht op het welbevinden van leerlingen 

Kinderen en jongeren gaan naar school om te leren en zichzelf te ontwikkelen. Dit lukt het beste als ze goed in hun vel zitten en zich veilig voelen op school. Scholen hebben hier invloed op door het pedagogisch klimaat op de school bewust vorm te geven. Welbevinden is bevorderend voor het leren. Maar ook andersom: het krijgen van goed onderwijs is bevorderend voor het welbevinden van kinderen en jongeren; de relatie tussen welbevinden en leerresultaten is dynamisch én wederkerig.

Wat is welbevinden?

Onder welbevinden verstaan we met een positief gevoel en positief in het leven (kunnen) staan; zelfvertrouwen; geluk; doorzettingsvermogen en energie; een gevoel dat je ertoe doet; eigenwaarde; het ervaren van steun uit de omgeving; het goed weten omgaan met je eigen emoties. Wanneer we spreken over ‘welbevinden’ dan spreken we niet alleen over het emotionele aspect van ‘je gelukkig en tevreden voelen’ maar ook over de factoren die eraan bijdragen dat mensen zich goed voelen. Deze factoren zijn onder te brengen in meerdere gebieden: mentaal, emotioneel, gedragsmatig, lichamelijk en sociaal. Bij welbevinden gaat het om het werken aan een omgeving die in brede zin bijdraagt aan de positieve ontwikkeling tot een gezond, sociaal en zelfstandig mens.

Wat zegt het onderzoek?

Uit onderzoek naar de effecten van de coronacrisis op het welbevinden blijkt dat kinderen en vooral jongeren gevoelens ervaren van stress, eenzaamheid en somberheid. Ze zijn vermoeider, ze zijn minder gaan bewegen, ongezonder gaan eten en hun schermtijd is toegenomen. Ze missen hun leeftijdgenoten en maken zich zorgen over hun leerprestaties. Wel zijn er grote verschillen tussen kinderen en jongeren en hun gezinnen. Er zijn kinderen en jongeren die geen problemen hebben ondervonden of voor wie de coronacrisis veel positiefs heeft gebracht (door bijvoorbeeld minder prikkels, meer aandacht in het gezin) Reeds bestaande emotionele, sociale en fysieke problemen lijken te verergeren. In dit kader wordt gesproken van het ‘mattheuseffect’ en het risico van toename in kansenongelijkheid.

Uit onderzoek weten we dat werken aan het welbevinden van leerlingen leidt tot betere leerprestaties, betere sociale en emotionele vaardigheden, een afname van probleemgedrag en angst- en depressieklachten, een afname van de inzet van jeugdhulp en jeugdzorg, een verbetering van het werkgeheugen en de concentratie, een positievere houding tegenover school en leerkrachten, meer motivatie om te leren, minder vertraging bij het halen van diploma, minder schooluitval en een betere startpositie voor maatschappelijke participatie.

(C) Sociaal-emotionele en fysieke ontwikkeling van leerlingen

Sportieve activiteiten  

Sportieve activiteiten zijn bedoeld om via sport de betrokkenheid van leerlingen te vergroten en hun schoolprestaties te verbeteren. Dat kan via door de school zelf georganiseerde naschoolse activiteiten, een lokale sportclub of kinderopvangorganisatie die met sportopgeleide pedagogisch medewerkers werkt. Sommige interventies worden ingezet om jongeren bij andere leeractiviteiten te betrekken, zoals een voetbaltraining bij een lokale voetbalvereniging, gecombineerd met lessen in studievaardigheden, ICT, lezen en schrijven of rekenen/ wiskunde.

Hoe effectief is deze interventie?

Over het algemeen is het effect van sportactiviteiten op de schoolprestaties positief maar klein (ongeveer twee maanden extra vooruitgang). In het Verenigd Koninkrijk is echter aangetoond dat sport een groter effect kan hebben op bijvoorbeeld de reken-/wiskunderesultaten als de interventie wordt gecombineerd met een gestructureerde reken- of wiskundige interventie (waarbij uit één studie een rendement van tot tien maanden extra vooruitgang naar voren kwam). In dit geval was de sportieve activiteit een stimulans om extra lessen te volgen.

Wat zijn de kosten?

De kosten bedragen naar schatting € 350 tot € 470 per leerling per jaar, exclusief kleding en andere sportartikelen en reiskosten, afhankelijk van de benodigde sportartikelen, de locatie en de groepsgrootte. De kosten kunnen lager uitvallen als de sportactiviteiten op school worden georganiseerd en als leerlingen aan bestaande activiteiten meedoen. Over het algemeen worden de kosten als gemiddeld aangemerkt.

(D) Ontwikkeling van de executieve functies van leerlingen

Samenwerkend leren

Samenwerkend leren houdt in dat leerlingen bij activiteiten of leertaken met elkaar samenwerken in groepjes die klein genoeg zijn om iedereen aan bod te laten komen in de uitvoering van een duidelijk omschreven collectieve taak. Scholen kunnen dit ook in samenwerking met bijvoorbeeld de buitenschoolse opvang vormgeven. De leerlingen kunnen binnen hun groep aan afzonderlijke taken werken die bijdragen aan een gezamenlijk resultaat, of samenwerken aan een gedeelde taak.

Bij sommige samenwerkingsinterventies moeten teams of groepen leerlingen van verschillende niveaus met elkaar concurreren om een effectievere samenwerking te stimuleren. Er zijn talloze voorbeelden samenwerkend leren, waarbij de opzet en de taakverdeling variëren. Leren van medeleerlingen kan ook als vorm van samenwerkend leren worden gezien, maar in deze menukaart wordt dit als apart thema behandeld.

Hoe effectief is deze interventie?

Het effect van samenwerkend leren is consistent positief. De mate waarin het effectief is, verschilt echter. Het is dus belangrijk om goed naar de details te kijken. Een effectieve samenwerking vereist veel meer dan alleen een paar leerlingen bij elkaar zetten en die vragen als groep te gaan werken. Een gestructureerde aanpak met zorgvuldig omschreven taken levert de grootste winst op. Uit sommige resultaten blijkt dat de samenwerking kan worden versterkt door competitie tussen groepen, maar dat is niet per se noodzakelijk. De keerzijde kan zijn dat leerlingen zich vooral op het wedstrijdelement richten en minder op de leerprestaties waar die competitie voor bedoeld is. Interventies die onderling overleg en de interactie tussen leerlingen bevorderen, leveren over het algemeen de meest winst op.

Hoe overtuigend is het bewijs?

Een aantal systematische evaluaties en meta-analyses van veertig jaar onderzoek bieden consistent bewijs dat samenwerkend leren een positief effect heeft. Naast het directe bewijs uit onderzoek naar samenwerkingsinterventies is er ook indirect bewijs waaruit blijkt dat samenwerking de effectiviteit van andere interventies kan versterken, zoals Beheersingsgericht leren of Digitale technologie. Samenwerkend leren blijkt goed te werken voor alle leeftijden als de activiteiten goed aansluiten op het niveau van de leerlingen. Het positieve effect is aangetoond voor het hele curriculum. Niet alle door scholen toegepaste interventies op het gebied van samenwerkend leren zijn onderzocht, dus het is belangrijk om nieuwe initiatieven op dit gebied goed te evalueren.

Wat zijn de kosten?

Over het algemeen worden de kosten als zeer laag aangemerkt. Het is raadzaam om leerkrachten/docenten te blijven bijscholen. De kosten daarvoor bedragen ongeveer € 580 per leerkracht/docent of € 23 per leerling per jaar, uitgaand van een klas van 25 leerlingen.

(F) Faciliteiten en randvoorwaarden

Interventies gericht op faciliteiten en randvoorwaarden 

Deze interventies gebruikt u altijd in combinatie met interventies voor meer onderwijs, effectievere inzet van onderwijs, sociaal-emotionele en fysieke ontwikkeling van leerlingen, ontwikkeling van executieve functies of inzet van personeel. Als een van die interventies daarom vraagt, mag u geld uit het Nationaal Programma Onderwijs dus ook inzetten voor:

  • Ouderbetrokkenheid
  • Digitale technologie: IT-hardware en -software voor specifieke interventies
  • (Tijdelijk) aantrekken of inhuren van nieuw personeel voor specifieke interventies
  • Professionalisering die nodig is om gekozen interventies te kunnen uitvoeren, zoals coaching of gerichte trainingen
  • Schoolontwikkeling en verbetercultuur
  • Systematisch monitoren en bijstellen (data-geïnformeerd werken)
  • Leermiddelen: inzet van aanvullende of nieuwe leermiddelen, (formatieve) toetsen en leerlingvolgsystemen, bijvoorbeeld voor maatwerk

Bron: NPO

Welke schoolpleininterventies passen hierbij?

Het schoolplein kan als buitenlokaal een belangrijke rol spelen. Hoe combineer je je NPO interventies het best met duurzame schoolpleininrichtingen? Yalp zet het voor je op een rij.

Lees meer

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Op de hoogte blijven van wat we doen en hoe we dat samen kunnen doen? Schrijf je in! Door je voorkeuren door te geven kunnen we je gerichter op de hoogte houden over jouw interesses.








  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.


Met het invullen geef ik Yalp toestemming om mij e-mailberichten over bedrijfs- of productupdates te sturen. Yalp heeft een privacybeleid dat in overeenstemming is met de nieuwe AVG-wetgeving.